header image

Santiago (0)

Posted by: | 21 July 2015 | 2 Comments |

Nog eentje dan. Omdat ik het bloggen net zo ga missen als sommige trouwe lezers hier.

Als ik wakker word, is het lichteuforische gevoel er meteen weer. Het voelt een beetje als na de eindexamens op school. Alleen dan zonder een bonkende kater, want om elf uur gisteravond zijn we bijna allemaal bekaf afgedropen naar onze albergues. En opnieuw loop ik door een wildvreemde stad waar ik steeds bekenden tegenkom. En iedereen feliciteert elkaar! Ik zie zelfs een Fransman terug, die ik sinds de Chemin du Puy niet meer had gezien. En ik zie Thérèse! Op 1 april uit Nederland vertrokken en net als ik gisteren hier aangekomen. Op een terras praten we elkaar bij over onze belevenissen sinds onze laatste ontmoeting in Burgos.

Ik ga nog één keer naar de kathedraal. In de ochtend, dus het is er nog stil. Nog één keer naar het kistje met de botjes, langs het beeld van Sint Jacob (je hoort het als pelgrim te omhelzen, maar dat voelt te pathetisch), de botafumeiro die doodstil in het midden van de kathedraal hangt, langs de de verschillende biechtstoelen (in vier talen, er wordt flink gebruik van gemaakt). En weer voel ik het. Zelfs voor een ongelovige pelgrim heeft deze plek iets magisch.

Na 2,5 maand lopen, nu mag het: winkelen! Ik ga voor mijn doen helemaal los. En vandaag, juist nu mijn pelgrimstocht afgelopen is, laat ik mezelf een Jacobsschelp om mijn nek hangen. Als teken dat ik geslaagd ben als pelgrim.

‘s Avonds eet ik voor het laatst met de mensen met wie ik de afgelopen dagen heb gelopen. Of wie daar nog van over is. Antonio is vanochtend naar Finisterre vertrokken, Markian is zelfs alweer thuis in de VS, Morena is kwijt, Tomi is naar Porto vertrokken. Het zijn nog Lee, Anthony en ik. Oké, met Brandon, Genevieve en Rachel. Het aantal mensen van wie ik de afgelopen 2,5 maanden afscheid heb genomen is fors. Zoals José ergens nog diep in Frankrijk al zei: het hoort bij de Camino.

Het is klaar. Ik weet het nu helemaal zeker. Ik wil niet naar Finisterre lopen. Santiago is mijn bestemming. Het is verleidelijk om nog wat langer in de roes van deze stad te blijven hangen, maar het is tijd voor verandering. Ik boek een treinticket naar León en vraag Marleen van het Ezelparadijs of ik ook een week eerder welkom ben. Dat ben ik. Vrijdag mag ik me melden, ergens in Asturias, zo’n 60 km ten oosten van Oviedo, in het midden van niks. Tijd voor een nieuw avontuur!

2015-07-22 09.12.58

under: Reisverhalen

O Pedrouzo – Santiago (20)

Posted by: | 20 July 2015 | 6 Comments |

Aankomen met een grote A vandaag!

Het groepje 'lazygrinos' met wie ik sinds Sarria loop, heeft vandaag hun vroegterecord gebroken

Het groepje ‘lazygrinos’ met wie ik sinds Sarria loop, heeft vanochtend hun vroegterecord gebroken

Om kwart over vijf ben ik klaarwakker. Lee, die onder mij ligt, ook. En dus staan we maar op. De grote dag! Het plan was sowieso om bijtijds te vertrekken, omdat we op tijd voor de pelgrimsmis in Santiago wilden zijn. Die begint om 12.00 uur. De rest van de groep is voor hun doen ook zeer vroeg uit de veren. Om half zeven kunnen we al vertrekken.

Dat gaat in marstempo. Het zijn late starters, maar het tempo is enorm. En ik wil bij ze blijven, samen in Santiago aankomen. Daardoor vormen deze luttele 20 km misschien wel één van mijn zwaarste etappes. Het voelt alsof het erbij hoort. Nog één keer flink werken voor de apostel.

De laatste kilometers door de buitenwijken van Santiago gaat Tomi voorop. Ik leg haar uit dat er in het Nederlands een uitdrukking bestaat over de koe die de stal ruikt. We slalommen in een moordend tempo om grote groepen andere pelgrims heen, rode stoplichten negerend. Het gaat in een waas. Er zijn willen we, er zijn.

En dan, nog één bocht, lopen we de Praza do Obradoiro op, het plein voor de kathedraal. Morena begint te huilen. Ik sla een arm om haar heen. Markian barst in een hevig snikken uit. Tomi en ik kijken elkaar aan en onze ogen worden ook nat. En dan vallen we  elkaar, de een na de ander, in de armen terwijl bij iedereen de tranen over de wangen lopen.

2015-07-20 11.06.11

2015-07-20 11.11.15

Bestemming bereikt! Het doet me veel meer dan ik had verwacht. Ik had altijd gedacht dat je voor een project als dit nou eenmaal een doel nodig had, maar dat de bestemming er eigenlijk niet zoveel toe deed. Niets is minder waar. Santiago voelt als het grote aankomen. Na al die jaren, al die kilometers door Nederland, België, Frankrijk en Spanje, in de regen, in de kou, in de brandende zon, over eindeloze wegen, steile beklimmingen, in eenzaamheid en vol ontmoetingen, zere voeten, doodstil platteland, elke nacht een vreemd bed, doorgaan, gewoon doorgaan. En nu sta ik stil, met heel veel andere pelgrims op dat plein. De gele pijlen zijn opgehouden. Het aantal kilometers is teruggebracht tot nul. Bestemming bereikt.

De botafumeiro wordt aangestoken

De botafumeiro wordt aangestoken

Bij de pelgrimsmis is de kathedraal is tot de nok toe gevuld. De dienst duurt een uur en ook daar en dan heb ik moeite om het droog te houden. De mis gaat in een roes aan me voorbij. Het orgel klinkt, de botafumeiro zwaait. Het is een wierookvat van 1,5 meter hoog en 100 kg zwaar. Het haalt naar verluidt 68 km per uur als het op grote hoogte door de kathedraal wordt geslingerd.

De rest van de dag voel ik me raar. Euforisch soms, een beetje verloren ook. Wat nu? Ik breng de rest van de dag grotendeels alleen door, zwervend door de straten van Santiago. Net alsof ik het nog niet helemaal wil beseffen.

Ik ga natuurlijk ook naar het pelgrimsbureau om mijn Compostela op te halen. Trots zeg ik ‘Amsterdam’ als ze naar mijn startplaats vragen. Zonder omstandige uitleg hoe ik precies gevaren ben. Ik heb uitgerekend dat ik dit jaar zo’n 1400 km heb gelopen, terwijl er 1750 waren gepland. Ik vind 1400 best veel.

De administratie uitgestald op mijn bed. Twee 'credenciales' en mijn Compostela.

De administratie uitgestald op mijn bed. Twee ‘credenciales’ en mijn Compostela.

In de kathedraal bezoek ik ook de overblijfselen van Sint Jacob. Het is gek om voor dat zilveren kistje te staan en te beseffen dat ik hier al die tijd naartoe gelopen heb.

2015-07-21 09.24.35

 

under: Reisverhalen

Ribadiso – O Pedrouzo (22)

Posted by: | 19 July 2015 | 4 Comments |

De eennalaatste etappe. Het begint nu wel een ding te worden. Toen ik besloot om de Camino de Invierno te verlaten, heb ik mijn opties overwogen. Ik had op dat moment nog twee weken over voordat ik richting de ezeltjes zou gaan, dus er waren nog verschillende combinaties mogelijk: naar Santiago en dan naar Finisterre, het einde van de wereld. Naar Santiago, dan met de bus of de trein terug naar León en via de Camino de Salvador naar Oviedo (dat zou een heel eind richting de ezeltjes zijn). Of een combinatie van die drie, daar zou ik ook nog net tijd voor hebben. Eerst maar eens in vijf dagen naar Santiago lopen, daarna zien we wel weer verder, besloot ik. Maar nu voel ik steeds sterker de symbolische waarde van ergens aankomen.

Vijf jaar geleden liep ik de allereerste etappe: van mijn huis in Amsterdam Oost via het Amstelpark en het Amsterdamse Bos naar Schiphol, het Pelgrimspad I. Met het idee: ik ga gewoon richting Santiago lopen en dan zie ik wel waar het schip strandt. Ik liep nog eens een etappe en nog één, liep een weekend door Brabant en toen een week over de Via Monastica in België. Ik sliep in abdijen en het begon steeds serieuzer te worden.

Ik herinner me dat ik op een gure novembermiddag ergens door een winderige polder bij Gouda liep. De nacht ervoor had ik met mijn moeder geslapen in een B&B. Omdat zij teveel last van haar voet had, zou ze me aan het eind van de etappe met de auto oppikken. Ik liep de laatste lange polderweg af, een stevige wind in mijn zij, de wolken dreigden met regen. En daar zag ik mijn moeder aan komen rijden. Ik stapte 200, misschien 300 meter vóór de bushalte in waar ik de volgende keer weer verder zou gaan. Het zat me dwars. Elke meter naar Santiago moest gelopen worden.

En toen, twee jaar later, liep ik ergens halverwege Frankrijk. Ik was de Morvan uit en moest zo’n 70 km overbruggen naar de Weg van Cluny. Dat betekent 70 km over asfaltwegen door dunbevolkt gebied. Weinig voorzieningen, wel heel veel boerderijen met waakhonden. En op een punt was ik het zat. Ik zat in een wat achenebbisj roadside hotel, de regen kwam gestaag naar beneden. En ik pakte een bus naar een dorp 10 kilometer opzij, vanaf waar ik over een Voie Verte naar de volgende bestemming kon lopen. Het voelde niet helemaal lekker, maar ik deed het toch.

En kijk mij nou dit jaar. Na slechts zes etappes strand ik in Montbrison. Omdat die stomme overgeorganiseerde Franse wandelgroepen met bagagevervoer zomaar uit het niets de priorij waar ik had moeten slapen hebben volgeboekt. Een priorij nota bene, die geen plaats maakt voor een pelgrim. Boos was ik. Maar ik besloot ook dat dit overmacht was. En hup, via drie dagen Etiënne skipte ik ineens 70 kilometer van mijn weg naar Santiago. En hopla, als ik geblesseerd vanuit de Pyreneeën in Roncesvalles eindig, pak ik de volgende dag de bus naar Pamplona om te herstellen. Weer 70 kilometer gemist. En dan als klapper: de hink-stap-sprong van Carrión de los Condes via León naar Ponferrada. Bij elkaar acht dagen lopen.

Ik ben mijn perfectionisme aan het kwijtraken. Mijn Camino laat dit mooi symbolisch zien, maar ik heb het de laatste tijd ook al aan andere dingen gemerkt. Niet alles hoeft meer in één keer goed. Stralend falen, noemde mijn oude team op mijn werk dat. Het is bevrijdend.

En dit is dan een flinke omweg om te zeggen dat aankomen in Santiago me toch wel iets doet. Ik dacht twee maanden terug dat ik verdrietig zou zijn als ik in Santiago zou aankomen. Omdat mijn reis er dan op zit. Als troost kon ik dan alleen nog in vier dagen naar het Einde van de Wereld lopen. Maar nu heb ik er eigenlijk wel zin in! Ik geloof dat ik wel een beetje uitgelopen ben. Heb wel een beetje genoeg van de stapelbedden, het gesnurk, de handwasjes, het menú de peregrino, het gebrek aan privacy, de dagelijkse pelgrimsroutine.

Waarschijnlijk heb ik dit gevoel met dank aan een concrete finish. Dankzij Santiago heb ik een reden om te stoppen.  Natuurlijk, ik kan nog naar Finisterre, ik kan nog over de Salvador naar Oviedo lopen, maar het hóeft niet! Het is mooi geweest. Sterker nog, het is fantastisch geweest. Maar ik heb nu wel zin in iets nieuws. Ik begin uit te kijken naar mijn ezeltijd. En ik begin ook al een beetje na te denken over hoe ik thuis verder wil. Wat ik van deze reis wil meenemen.

En nu wordt mijn pizza koud.

Michelle-Lynne_Reality

under: Reisverhalen
Deze 'mojones'

Deze ‘mojones’ zijn ruim 30 jaar geleden elke halve kilometer geplaatst. Ze zijn inmiddels niet meer helemaal accuraat.

2015-07-18 08.35.11

Heerlijk alleen gelopen! Gewoon gelukt ondanks de massa. Soms liep ik ook zomaar een kwartiertje echt alleen. En genoten onderweg. Veel bospaadjes. Bij pauzes steeds lekker mijn boek erbij gepakt. Lopen, pauze, boekje. Even niet heel sociaal gedaan. Af en toe zei er een hondje woef en ik zei nog net geen woef terug. Totaal niet warm meer, het is de hele dag bewolkt gebleven. Heb zelfs, zelfs een paar spatten regen gevoeld.

Vanochtend trof ik een gat in mijn laatste merinoshirt. Onderweg kwam ik een meneer tegen die T-shirts verkocht voor het goede doel voor 5 euro. The Camino provides.

Vier kilometer voor de eindbestemming van vandaag zie ik Tomika. We lopen samen naar de herberg. Gehucht van niks. Twee herbergen, een bar en een enkele boerderij. Ideaal, want de bar is dus de centrale ontmoetingsplaats.

Lee, Rachel en ik zeggen 'hi' tegen Anthony, die nog steeds geblesseerd in Portomarín zit

Lee, Rachel en ik zeggen ‘hi’ tegen Anthony, die nog steeds geblesseerd in Portomarín zit

Markian en Tomiko (Tomi) hebben de beste wifispot gevonden

Markian en Tomiko (Tomi) hebben de beste wifispot gevonden

Lee, Morena, Markian, Tomi, moi, Antonio

Lee, Morena, Markian, Tomi, moi, Antonio

 

under: Reisverhalen
Portomarín uit

Portomarín uit

Op dit stuk van de Camino is er een beetje een waterscheiding ontstaan tussen de pelgrims die al wekenlang onderweg zijn en de nieuwkomers. De nieuwkomers bestaan voor 80 tot 90 procent uit Spanjaarden. Ze zijn in Sarria gestart (over de 100 km grens om een Compostela te verdienen) en bestaan uit grote groepen tieners (soms onder begeleiding) en studenten, en veel ‘turigrinos’ en ‘busigrinos’: mensen die hun bagage laten vervoeren, die een auto bij zich hebben met bevoorrading en om af en toe te kunnen liften, of die de Camino per touringcar afleggen.

Zoals was te verwachten: de ‘echte’ pelgrims halen hun neus op voor de nieuwkomers. Ze zijn trots op hun viezige rugzak en hun versleten kleren, op hun diepbruine kuiten en spierwitte voeten. En het is ook wel een gek gezicht: al die mensen die er zo fashionable mogelijk bij lopen, met een föhn en een beautycase in hun Samsonite koffer, mannen in spierwitte tennisshorts, vrouwen die hun lange haren draperen over hun miniscule rugzakjes, die zich na het wandelen kleden alsof ze nog gaan clubben. Het zijn groepen die wat lastig met elkaar matchen.

Vooral Lee klaagt er veel over. Ze zeggen geen gedag, snappen de Caminospirit niet en ze zijn met veel. ‘Dan loop je langs een terras en zie je geen enkel bekend gezicht en niemand praat met elkaar…’ Ach, ieder zijn weg. En het versterkt de band binnen de oude garde.

Liep ik in Frankrijk tussen de zestigplussers, loop ik nu tussen de meisjes met mini korte broekjes en hemdjes in neonkleuren. In mijn tijdelijke groep zijn de meesten ook nog piepjong, maar bijvoorbeeld Tomika (22) en Markian (gisteren 21 geworden) klagen met zo hard mee over de ‘very loud teenagers’.

Anthony is achtergebleven in Portomarín. Hij heeft flink last van zijn scheenbeen. Ik ben hier absoluut niet de enige die na honderden probleemloze kilometers zomaar een blessure oploopt. De kans is groot dat hij de laatste dagen naar Santiago helemaal niet meer kan lopen.

Het was veel asfalt vandaag, maar vergeleken met de Meseta is het hier nog steeds prachtig. En het weer is aan het veranderen. Het is de laatste dagen ‘s ochtends behoorlijk mistig en bewolkt en ‘s middags wordt het niet meer zo heet. Heel normaal in Galicië overigens.

Ach ja, en verder is het een doodgewone Caminodag en daar is helemaal niets mis mee. Vijf kilometer voor de finish kom ik Lee, Antonio en Markian tegen. We lopen samen naar Palas de Rei en checken in bij alweer zo’n moderne, nette, schone herberg die de standaard lijkt op dit deel van de Camino. De prijs is ook standaard: 10 euro, hoger dan eerder op de Camino Francés. We zijn uiteindelijk met zijn zessen in onze kamer, Morena en Tomika sluiten ook aan. Er is een keuken, dus ik flans een linzensalade in elkaar en Antonio bakt er een paar stukken vlees bij voor Lee, Tomika en hemzelf. Lee levert het toetje: een enorme watermeloen. Morena en Markian gaan uit eten. Deze relaxtheid zie ik meer in de groep: iedereen gaat lekker zijn gang en treft elkaar waar het uitkomt. Op deze manier blijf ik nog wel even!

Omdat ik het in Spanje zonder perrier menthe moet stellen, drink ik onderweg meestal dit: Aquarius naranja. Maar ik mis de perrier menthe nog steeds...

Omdat ik het in Spanje zonder perrier menthe moet stellen, drink ik onderweg meestal dit: Aquarius naranja. Maar ik mis de perrier menthe nog steeds…

2015-07-17 13.03.09

under: Reisverhalen

 

Sarria

Sarria

Ik word wakker met zin in de dag! Om half acht zit ik in de trein naar Sarria. Om half negen loop ik weer op de Camino Francés. Ik ben laat, dus zit in het staartje van de drukte.

Ik ben Sarria nog nauwelijks uit of ik zie Antonio en Lee lopen. Wauw, alsof het zo heeft moeten zijn! Antonio (Italië) en Lee (VS) zaten in dezelfde herberg in St Jean Pied de Port als ik, inmiddels een maand geleden. Het blijkt dat een aantal mensen die elkaar in Beilari ontmoet hebben al die tijd bij elkaar zijn gebleven. Tot mijn verrassing vertelt Lee dat Anthony ook nog steeds met hen loopt. Anthony, de Ier met wie ik aan de zwier ging die middag in St Jean. Sinds Pamplona heb ik hem niet meer gezien.

Ik had me al voorgenomen om er maar een paar sociale dagen van te maken, maar het wordt me nu helemaal in de schoot geworpen. De route is mooi vandaag en de drukte, nou ja, die is. Gelukkig blijkt het een fluitje van een cent om een bed te vinden. In de albergue die ik lukraak kies blijven er uiteindelijk nog minstens 100 vrij.

Ik spreek af met met Anthony op het terras. De een na de ander sluit aan. Ik zie meer mensen terug met wie ik in herberg Beilari was. Het wordt doorzakken en dat bevalt goed! Op het plein vindt inmiddels een optreden plaats. De zanger zingt behoorlijk vals, maar er wordt gedanst en plezier gemaakt. Het eindigt in een massale Macarena. We sluiten af met een hapje eten en ik moet me nog haasten om voor sluitingstijd terug te zijn in mijn herberg. Hallo Camino Francés!

Antonio en Lee bij een stempelpost onderweg. Vanaf Sarria is het verplicht om twee stempels per dag te hebben.

Antonio en Lee bij een stempelpost onderweg. Vanaf Sarria is het verplicht om twee stempels per dag te hebben.

Antonio heeft het stierenrennen in Pamplona gemist

Antonio heeft het stierenrennen in Pamplona gemist

De Macarena op het dorpsplein

De Macarena op het dorpsplein

under: Reisverhalen

Vanochtend om kwart voor zes heb ik mijn eerste interview gegeven in het Spaans! Asún heeft me een aantal vragen gesteld over mijn Camino tot nu toe en waarom ik loop. Ben alleen vergeten te vragen waar het precies voor was… De woordvoerder in mij is heel ver op vakantie….

Ik heb kort en onrustig geslapen. Werd een paar keer wakker geblaft door een hond. En alweer zie ik op tegen vertrekken. Ik kom maar niet over mijn angst heen. En dus loop ik de eerste uren weer met een gespannen lijf. Telkens verwacht ik dat er een roedel bloeddorstige wolven achter een boom vandaan komt.

De eerste serieuze wolken die ik zie sinds Pamplona

De eerste serieuze wolken die ik zie sinds Pamplona!

De camino in Gallego, de taal van Galicië

De camino in Gallego, de taal van Galicië

Wasplaats, met drinkwater, een kikker en een rat

Wasplaats, met drinkwater, een kikker en een rat

2015-07-15 08.10.19

Na tien kilometer kom ik in Montefugado, een dorp met 20 inwoners. En een treinstation. Ik zie het perron terwijl ik weer eens flink word toegeblaft door een hond aan een ketting. De wachtruimte voelt als een veilige haven. Ik check de treintijden. Er gaat één trein vandaag, om 10.12 uur. Het is op dat moment half negen. Ik kan de verleiding niet weerstaan.

2015-07-15 09.46.17

2015-07-15 10.24.39

De trein zoeft door het prachtige landschap waar ik eigenlijk had moeten lopen. Hij brengt me naar Monforte de Lemos, zo’n 60 km lopen op de Camino de Invierno. Ik check in bij een wat verlopen hostal en plof neer op het muf ruikende bed.

***

Al vier dagen krijg ik de angst niet uit mijn lijf. Ik loop niet meer lekker. Normaal gesproken speur ik onderweg altijd naar dieren. Een hert, een vos, een eekhoorn. Nu schrik ik van elk geritsel. Voordat ik bij een dorp kom, raap ik een steen van de grond. Bij elk huis met een hek verwacht ik een waakhond. Angst is meestal irrationeel. De ratio wil het alleen maar niet winnen.

Zonder die angst had ik volop genoten van deze Camino. Mét die angst heb ik mijn mooie momenten voor een groot deel pas nadat ik aangekomen ben. En dat was nou precies niet de bedoeling, ik wilde weer genieten van het lopen, van vogels, van picknicken in het gras.

En nu? Het is wat ironisch, maar ik ga terug naar de Camino Francés. Ik ga het laatste stuk naar Santiago lopen tussen hordes andere pelgrims en de commercie en ‘turigrinos’ op de koop toenemen. Ik ga mijn herinneringen aan de Camino de Invierno koesteren en ondertussen het meest beroemde, het meest massale, laatste stuk naar Santiago lopen. En als ik me ergens aan erger, dan ga ik denken: ‘Maar hier zijn tenminste geen gevaarlijke honden!’ Wie weet ga ik het Caminocircus door mijn uitstapje naar de Invierno zelfs wel waarderen.

Morgen stap ik in de trein naar Sarria. En dan begin ik te lopen en laat ik het allemaal over me heen komen. In vijf dagen naar Santiago. Ik krijg er best een beetje zin in!

1174715_509165555829621_624615374_n

Die Camino, het is net het echte leven…

under: Reisverhalen

Ik kon vandaag kiezen tussen 14 of 43 km. Het werden er dus 14. Een lekker lui wandeldagje, eindigend in een bijzondere slaapplaats!

Het gaat vandaag alleen maar over asfalt, maar de uitzichten maken veel goed

Het gaat vandaag alleen maar over asfalt, maar de uitzichten maken veel goed

Een jongen in een auto haalt me in. Iets verderop stopt hij en stapt uit. Hij verwijdert het onkruid dat over een gele pijl was gegroeid, stapt weer in en rijdt verder. Zo’n klein en mooi gebaar!

2015-07-14 10.32.15

Ik zit lekker te picknicken bij de rivier als José Luis komt aanlopen. Samen met zijn vriend Jorge, bij wie hij vannacht geslapen heeft in O Barco. Een verrassing, omdat ik superlaat vertrokken was uit O Barco had ik verwacht dat ze ver vóór me zouden lopen. Ze komen even bij me zitten en we kletsen wat. Daarna gaan ze weer, want ze willen nog helemaal naar Quiroga (mijn bestemming van morgen).

2015-07-14 12.41.04
Ik loop al tegen twaalven de outskirts van A Rúa binnen. Tijd zat, dus ik loop een bakker annex bar binnen, bestel thee met een taartje en doe mijn best om de lokale krant te ontcijferen. Er staat een artikel in over de ‘CaVino de Invierno’. Een wijncamino, die komend weekend in het dorp gehouden wordt. Elke bar biedt minstens twee soorten wijn aan en bezoekers kunnen hun wijnpaspoort laten stempelen. De Camino de Invierno gaat commercieel!

2015-07-14 11.52.57
Er is een herberg in A Rúa! Casa da Solaina, gerund door Asún en haar moeder (uit 1923). Ze zijn superlief en gastvrij en het voelt meer als slapen bij de mensen thuis.

2015-07-14 19.59.22

Als ik tegen het begin van de avond weer thuis kom van lunchen en dorpje bekijken enzo, tref ik eerst de Siamees des huizes op de binnenplaats. Die houdt wel van een robbertje handbijten! Dan komt de moeder van Asún aangestommeld. Ze gebaart naar een stoel op de binnenplaats en gaat zelf op de andere stoel zitten. Wat volgt is een monoloog van ongeveer een uur van 1923 tot nu. O nee, het jaar 1500 komt ook nog aan de orde. Uit die tijd stammen de muren van het (inmiddels flink gerenoveerde) huis, waarin zij ook geboren is. ‘Kijk, hier was de bodega, en daar liepen kippen, een os, een schaap, een koe…’ Ik hoef niets terug te zeggen. Oma is nogal doof en het is belangrijker dat ik luister. De Spaanse burgeroorlog komt langs, de ontwikkeling van het dorp, de emigratie van veel Galiciërs naar Duitsland waar werk was (‘ze kwamen allemaal weer terug’), hoe alles veranderde, hoe waardeloos alles nu is en tot slot ‘boef Rajoy’ (de huidige president) en zakkenvullers in het algemeen.

Daarna maakt ze eten voor me, voornamelijk uit eigen tuin. Hoe ik ook probeer te helpen, het mag niet. Ik eet samen met Asún, oma blijft in de keuken. Asún is één van de drijvende krachten achter de Camino de Invierno en al jaren bezig om hem officieel verklaard te krijgen. Als we klaar zijn met eten is het al tien uur geweest.

Het huis van Asún en oma ligt achter dit mooie kerkje

Het huis van Asún en oma ligt achter dit mooie kerkje

under: Reisverhalen

2015-07-13 08.30.36

Ai ai, dat krijg je ervan als je de avond ervóór de bloemetjes buiten zet… Ik was pas om half zeven wakker en om zeven uur op pad. Dat is laat met dit warme weer. Nou ja, vooruit met de geit…

De agressieve honden van gisteren spoken de eerste uren nog een beetje door mijn hoofd. Ik voel me nog niet helemaal op mijn gemak op deze Camino. Ik weet dat ik onderweg twee keer een treinstation tegenkom. Best een beetje verleidelijk: lekker naar León, Pamplona of Madrid ofzo. Maar nee, ik wil doorzetten op deze onbekende en nog steeds prachtig mooie route.

Andere markering: ik ben de grens tussen Castilla y León en Galicië overgestoken

Andere markering: ik ben de grens tussen Castilla y León en Galicië overgestoken

Na zo’n tien kilometer kom ik op een punt waar de markering me op een onzinnig rondje dorp stuurt. Ik loop me wat te ergeren, maar word opgeschrikt door een wild blaffende herdershond. Aan een ketting, blijkt later, maar ik schrik zó dat ik een cruciale pijl mis en even later inderdaad precies een rondje blijk te hebben gemaakt. Ik probeer een andere straat en eindig – ai ai – bij het treinstation. Daar stuurt een man me resoluut terug, in de richting van de herder. Gedwee keer ik om zonder de treintijden te hebben kunnen bekijken. Met behulp van een Engelstalige routebeschrijving die ik gelukkig ook bij me heb – gemaakt door toegewijde collegapelgrims – vind ik de juiste weg. Inderdaad, langs de wilde herdershond.

2015-07-13 12.09.25

Dan valt er een engel uit de lucht. Hij heet José Luis. Een andere pelgrim, ik geloof het haast niet! We lopen minstens een uur samen te kletsen. Het is zijn negende Camino, hij doet elk jaar een andere. Ik ga hem na deze korte ontmoeting nooit meer terugzien (hij loopt morgen een etappe van 43 km en moet daarna naar huis), maar hij heeft mij een gouden uur bezorgd. Het goede gevoel is weer helemaal terug!

O Barco is een langgerekt en flink dorp. Het centrum van dit wijngebied: Valdeorras. Het bevalt me wel. Het is niet echt mooi, maar het voelt als civilisatie. Het stikt er van de bars, restaurants, winkels, banken, hotels… geen loslopende hond te bekennen. Behalve een chihuahua, bij de supermarkt. Ik slaap in Hostal Do Mar voor weer een prima deal: 25 euro voor een kamer met eigen badkamer. Om 16.00 uur zit ik na 28 hete kilometers gewassen en gestreken te genieten van een late lunch. Morgen een kortje, dus als ik wil kunnen de bloemetjes weer naar buiten vanavond!

2015-07-13 14.44.31

under: Reisverhalen
Het kruispunt in Ponferrada waar de Camino de Invierno begint

Het kruispunt in Ponferrada waar de Camino de Invierno begint

De eerste stappen op de Camino de Invierno zet ik in het donker. Al vrij snel stopt er een politieauto. ‘De Camino is die kant op hoor!’ Gelukkig kent de politieman de Invierno ook en mag ik doorlopen. En ik vind waar ik naar op zoek was: een prachtige route door bergachtig landschap helemaal voor mezelf alleen. Geen colonnes, geen bars onderweg (alles is dicht), geen reclameborden. Daar loop ik dan, door de natuur, zingende vogels, een blauwe lucht. Ik vind het mooi, maar ook best spannend. Out of comfortzone is nou eenmaal spannend.

Laatste stukje van de Bierzo wijnstreek

Laatste stukje van de Bierzo wijnstreek

Kijk nou hoe fijn wandelen het hier is!

Kijk nou hoe fijn wandelen het hier is!

Ik doorkruis flink wat gehuchten. Ze hebben allemaal een kraan (welkom met dit weer!) en ze zien er anders uit dan de dorpen langs de Francés. Stil en oud, vaak vervallen, de meeste bewoners op leeftijd. En er zijn honden. Waakhonden natuurlijk, die me vanachter hekken tegemoet blaffen. Maar ook loslopende honden. In vier verschillende dorpen tref ik een agressief exemplaar dat naar me blaft en gromt. Ze komen op me af en deinzen weer wat terug als ik mijn stem verhef. Dat spel gaat telkens een meter of vijftig door. En dan is er een vijfde – een hele grote – die net door zijn eigenaar uit zijn hok bevrijd wordt als ik langs loop. Blaffend komt hij op me af. Het is elke keer goed gegaan, maar elke keer bonsde mijn hart in mijn keel. Dit was niet helemaal wat ik in gedachten had bij angsten overwinnen, maar blijkbaar is dit wat (letterlijk) op mijn pad komt. Misschien eindig ik nog in Santiago als een ware Cesar Milan…

Op weg naar een kasteel

Op weg naar een kasteel

Las Médulas is een licht toeristisch dorpje. Enerzijds omdat je in deze omgeving prachtige wandelingen kunt maken, anderzijds vanwege de eeuwenoude mijnen. Tussen 100 en 300 na Christus hebben de Romeinen hier goud gedolven. Ze hebben daarmee een vrij bizar en bijzonder landschap achtergelaten, dat inmiddels zelfs op de werelderfgoedlijst staat. De meeste bezoekers zijn Spaanse vakantiegangers. Het zorgt ervoor dat Las Médulas aardig wat bars en restaurants heeft om uit te kiezen. Ik slaap in Casa Socorro, een soort B&B. Een kamer met gedeelde badkamer voor 20 euro. Niet slecht.

Die rode bulten bovenop de berg heeft Las Médulas dus aan de Romeinen te danken

Die rode bulten bovenop de berg heeft Las Médulas dus aan de Romeinen te danken

Dit is van het ene uiterste in het andere, en dat is wennen. Ik ga het even de tijd geven. Op dit moment letterlijk. Het is inmiddels tien uur, allang pelgrimsbedtijd. Maar ik zit hier nog heerlijk met een glas Bierzo wijn te schrijven. Eigenlijk moet ik morgen weer hondsvroeg op. Het blijft warm en er stond weer 30 km op het programma. Maar ik laat pelgrimsbedtijd lekker even voor wat het is. Over 10 km is er ook een dorp met overnachtingsmogelijkheden. En misschien ergens tussenin ook nog wel.

2015-07-12 20.18.42

 

under: Reisverhalen

Ponferrada (0)

Posted by: | 12 July 2015 | 1 Comment |
Ponferrada

Ponferrada

Een kortje. Ik heb deze dag met name gebruikt voor het inwinnen van informatie en het inlezen over de Camino de Invierno. Het is nog een zeer onbekende route, waarover een aantal mensen in Spanje en een aantal pelgrims zich liefdevol hebben ontfermd. Met het jaar wordt de markering beter en raakt deze Camino bekender bij de lokale bevolking. Informatie van pelgrims die me zeer recent zijn voorgegaan is zeer waardevol.

Verder heb ik alvast het beginpunt opgezocht en ben ik lekker vroeg naar bed gegaan. De wekker op vijf uur. Morgen volgt een lange, pittige en warme eerste etappe!

De start morgen!

De start morgen!

 

under: Reisverhalen

León (0)

Posted by: | 10 July 2015 | No Comment |

2015-07-10 18.04.46

León ja, met de bus. Die reed voor een groot deel over zo’n N-weg als op de foto in mijn vorige post. Al die tijd zag ik het pad ernaast. Het is vier dagen lopen van Carrión naar León. Vier dagen lopen langs een N-weg. Maar ik zat in een bus.

Ik heb de knoop doorgehakt, het wordt de Camino de Invierno. Tien tot twaalf dagen eenzaamheid, flinke klimmetjes, een beetje pionieren, veel minder voorzieningen, langere afstanden, een zwaardere tas, niet overal wifi, wellicht af en toe vragen en zoeken naar de route,  slapen waar het kan: een hostal, een casa rural, een enkele herberg, misschien een sporthal… Bring it on!

Morgen de bus naar Ponferrada. En dan zondag into the wild… Maar nu geniet ik nog even volop van civilisatie. León is een heerlijke stad!

Nog even wat heerlijke luxe. Hotel Eurostars León kost 5 tot 10 keer zoveel als een stapelbed in een herberg, maar het is het waard!

Nog even wat heerlijke luxe. Hotel Eurostars León kost 5 tot 10 keer zoveel als een stapelbed in een herberg, maar het is het waard!

Ik moest natuurlijk terug naar de Taxman Beatles Bar. We all lve in a yellow submarine en ik zit aan de IPA's!

Ik moest natuurlijk terug naar de Taxman Beatles Bar. We all live in a yellow submarine en ik zit aan de IPA’s!

Zoals elk moderne kunstmuseum heeft ook deze een afko. Een aanrader! Prachtige video-installaties, mooie thema's.

Zoals elk moderne kunstmuseum heeft ook deze een afko. Een aanrader! Prachtige video-installaties, mooie thema’s.

En hop, zeven eeuwen terug in de tijd. De kathedraal van León, net zo'n must-see als die van Burgos.

En hop, zeven eeuwen terug in de tijd. De kathedraal van León, net zo’n must-see als die van Burgos.

 

Kijk nou!

Kijk nou! Vorig jaar zat ik met de brouwer van Four Lions te kletsen in de Taxman Beatles Bar. Hij was nog niet zo lang bezig, ik heb zijn brouwerij ter plekke ingevoerd op Untappd (een app voor beer geeks). En nu heeft hij zijn eigen brewpub! Een inspiratie 😉

 

under: Reisverhalen

Vandaag ging ik rechtsaf waar iedereen linksaf ging. En ik heb er zó van genoten, dat het me aan het twijfelen heeft gebracht. We zijn inmiddels op de gevreesde Meseta aanbeland. De Meseta is een doodsaaie hoogvlakte. En ik vond het al doodsaai. De snelweg voor pelgrims. Recht-zo-die-gaat, en verder is er niks.

Van de eerste drie kilometer in het donker in colonne langs een autoweg werd ik vrij somber. Tel erbij op dat mijn rugzak dankzij het bezoek aan het postkantoor gisteren 2,5 kilo zwaarder is geworden en dat ik met een paar oude schoenen in mijn hand loop (ik durfde ze de eerste dag op nieuwe schoenen nog niet weg te gooien). Maar het is met name de combinatie van grote hoeveelheden pelgrims en oninteressante wegen waar ik een beetje genoeg van heb.

De omweg langs de rivier

De omweg langs de rivier

Na het eerste dorp zijn er twee opties. De weg langs de autoweg vervolgen, of 900 meter omlopen en een pad langs een rivier volgen. Op een enkele uitzondering na vervolgt iedereen de snelweg voor pelgrims. Ik neem de route langs de rivier en ben in één keer alleen. Heerlijk! De route is helemaal niet speciaal of erg mooi, maar eindelijk ben ik weer eens alleen met de natuur. Ik hoor slechts vogels en het ruisen van de wind in de bomen. Ik picknick helemaal alleen met Hollandse speltcrackers uit één van mijn dozen en Spaanse schapenkaas. Ik geniet hier zó van, dat het me een beetje wakker schudt. Dít was wat ik leuk vond. En niet in colonne van bar naar bar.

De laatste zes kilometer voeg ik noodgedwongen weer in op de pelgrimsnelweg. Franz Ferdinand in mijn oren en recht-zo-die-gaat. Morgen begint met een stuk van 17 km zonder voorzieningen. Iedereen heeft het daarover. Mijn probleem is niet 17 km zonder voorzieningen, maar 17 km in colonne over een pelgrimsnelweg.

2015-07-08 10.27.50

P.S: Hoe ver het nog naar Santiago is? Niemand die het weet. In Burgos (zo’n 81 km vóór dit bord) was het nog 492…

De christelijke herberg (Espíritu Santo) is fantastisch! Superlieve vrijwilligersmevrouwen en een heerlijke, ruime kamer met gewone bedden! En dan ook nog jongens en meisjes gescheiden, wat de kans op gesnurk aanzienlijk beperkt. De douches zijn talrijk en krachtig, de wifi sterk, het is één groot feest voor 5 euro per nacht.

2015-07-08 12.03.47

Ik gebruik mijn tijd in Carrión de los Condes met name om mijn opties te verkennen. Vanaf morgen heb ik nog drie weken om te lopen, daarna wordt het tijd om richting de ezeltjes te vertrekken. Wat ga ik met mijn laatste drie wandelweken doen? Afmaken wat ik begonnen was? En dus verder over de Camino Francés? Het voelt raar om zoveel kilometers naar Santiago afgelegd te hebben en dan dichtbij de finish het roer om te gooien. Van de andere kant: deze route wordt alleen maar drukker. In León haken nieuwe pelgrims in en vanaf Sarria wordt het een soort Nijmeegse vierdaagse. Geef ik op als ik mijn plan wijzig? Maar ik heb ook altijd gezegd dat het om de weg gaat, en niet om het aankomen.

Ik heb twee doelen met deze reis: zoveel mogelijk genieten én terug komen met een fundament waarop ik thuis verder kan. Met deze twee doelen voor ogen klinkt stug doorzetten op de Francés niet logisch. En tegelijkertijd voelt het een beetje als opgeven. ‘Zelfonderzoek’ en ”loslaten’ stond er op die kaartjes, toch?

Er zijn verschillende andere plannen. Één ervan is morgen de bus pakken naar León en daar twee nachten een hotel boeken (en natuurlijk de Beatles beer bar bezoeken). Dan een trein naar Ponferrada. Vanaf daar verder naar Santiago over de Camino de Invierno. De Winter Camino, naar verluidt door Middeleeuwse pelgrims gebruikt om de besneeuwde bergen rondom O Cebreiro te vermijden. Deze Camino brengt me ook naar Santiago, maar is het andere uiterste van de Francés: eenzaam, nauwelijks voorzieningen. Uit de glazen tunnel, in het echte Spanje. Uit mijn comfortzone, in de avonturenzone. Where the magic happens.

Er zijn nog andere opties, andere routes. Ik ga er nog maar even een nachtje heerlijk luxe over slapen.

O, en ik heb

O, en ik heb ook gewoon lekker zitten eten hoor! Dat (mooie) boek moet vanavond nog uit. Sinds mijn nieuwe dozen sleep ik een halve bibliotheek mee…

under: Reisverhalen
 Castrojeriz, half zes vanochtend

Castrojeriz, half zes vanochtend

Er is niets noemenswaardigs voorgevallen gisteravond. Ik had geloof ik wat last van de warmte. Ik ben om half negen met een boek op mijn slaapzak gaan liggen en om negen uur was ik vertrokken.

2015-07-07 06.27.51

Vandaag loop ik heerlijk! De route is even saai als altijd (sinds Logroño), maar dit keer maakt me dat niets uit. Ik been stevig door. Eerst onder de sterren, dan bij een opkomende zon. Het lopen gaat zoveel makkelijker als het nog niet warm is! Onderweg geniet ik van Leonard Cohen, Regina Spektor, Lily Allen en Franz Ferdinand. Even met mezelf. Gelukkig zie ik heel weinig andere pelgrims de eerste 20 kilometer.

De laatste boom

De laatste boom

Kijk nou! Denk in plaats van Kelly twee zestigplusser op een elektrische fiets en het zou zomaar een Hollands plaatje kunnen zijn.

Kijk nou! Denk in plaats van Kelly twee zestigplussers op een elektrische fiets en het zou zomaar een Hollands plaatje kunnen zijn.

Ik realiseer me de verschillen tussen een wandelroute en de Camino Francés. Ondanks dat iedereen elke dag lopend naar de volgende halte gaat, is het geen wandelroute. Het lopen lijkt bijna bijzaak, alleen maar bedoeld voor wat leed om later gezellig samen over te kunnen klagen: blaren, blessures, een iets te lange klim, de warmte, het dorp dat maar niet kwam. Je doet het in ieder geval niet vanwege de mooie natuur en de leuke paadjes. Bij de Camino Francés lijkt het sociale deel het belangrijkst. Maar helemaal begrijpen doe ik het nog steeds niet. Na aankomst wordt er namelijk opnieuw geklaagd. Over de verveling met name.

Neem nou vandaag. Een hele gemiddelde dag. Ik heb van half zes tot half twaalf gelopen. Vervolgens tot één uur met Linn (uit New York) en Laura (uit Italië) op een bankje gewacht tot de herberg open ging. En dan heb je nog tot negen uur te vullen. Met hangen en slapen voornamelijk.

Zelf vermaak ik me eigenlijk altijd wel. Vandaag ben ik naar het postkantoor geweest om mijn laatste twee dozen op te halen. In één van de twee zaten mijn nieuwe schoenen! Hard nodig, mijn oude zijn van binnen en buiten versleten (ik ga ze wel missen trouwens, ze hebben me een eind gebracht). Ik ben al een rondje op mijn nieuwe schoenen door het dorp geweest. Benieuwd of de blarenstand na morgen nog steeds nul is…

2015-07-07 15.22.17

In dezelfde doos zat ook een lief briefje van mijn moeder. Ze had twee kaartjes voor me getrokken. Op de één stond ‘zelfonderzoek’ en op de ander ‘loslaten’. Daar kan ik met mijn gedachten wel weer mee vooruit!

Maar goed, die Camino Francés dus. Er zijn genoeg mensen die hem vijf, zes, zeven keer lopen. Het record staat geloof ik op 56. Ik begrijp het nog niet. Elke dag dezelfde wegen, dezelfde mensen, dezelfde stapelbedden, hetzelfde eten, het rondhangen, de isolatie van het echte Spanje (de Camino Francés is een soort glazen tunnelbuis), de constante herhaling.

Misschien loop ik dan toch wel liever door de Ardennen. Maar voorlopig fascineert het me nog teveel. En dus ga ik nu gewoon weer met Linn ergens een menú del peregrino eten!

2015-07-07 15.36.54

 

 

under: Reisverhalen

Een fotoverslagje vandaag:

De reclameborden voor het dorp halverwege (Hontanas)

De reclameborden voor het dorp halverwege (Hontanas)

En daar is Hontanas dan. In de bar klets ik met een meisje dat vanuit Aachen aan het lopen is. Op de een of andere manier is het altijd weer fijn om een andere 'langloper' te spreken.

En daar is Hontanas dan. In de bar klets ik met een meisje dat vanuit Aachen aan het lopen is. Op de een of andere manier is het altijd weer fijn om een andere ‘langloper’ te spreken.

De meest kenmerkende kerk van Castrojeriz. Ik ben hier al om half twaalf, maar vind het wel best. De temperatuur loopt alweer flink op.

De meest kenmerkende kerk van Castrojeriz. Ik ben hier al om half twaalf, maar vind het wel best. De temperatuur loopt alweer flink op.

Het Hospitaal voor de Ziel. Met een fototentoonstelling en mooie teksten over de echte betekenis van de Camino (zeg maar niet 'hoeveel kilometer vandaag', 'wat is de goedkoopste herberg' en 'hoe laat ben jij aangekomen'.

Het Hospitaal voor de Ziel. Met een fototentoonstelling en mooie teksten over de echte betekenis van de Camino (zeg maar niet ‘hoeveel kilometer vandaag’, ‘wat is de goedkoopste herberg’ en ‘hoe laat ben jij aangekomen’.

Van de rest van de dag heb ik geen beeld. Ik kon weer koken (linzen deze keer) en ik heb de financiële administratie gedaan. Niet helemaal de juist Caminospirit, maar dat moet af en toe als je vier maanden van huis bent.

En verder heb ik het te warm voor meer inspiratie. Mocht er vanavond nog iets spectaculairs gebeuren, dan lezen jullie dat later!

under: Reisverhalen

Burgos – Hornillos (20)

Posted by: | 5 July 2015 | 2 Comments |

2015-07-05 11.00.45

Het was een doodgewone dag op de Camino Francés. De weg was aan de korte kant en niet bijzonder: een grindpad door droge korenvelden. Maar ook niet vervelend. Gewoon eigenlijk. Na 10 kilometer was er een dorp. Hetzelfde tafereel als altijd. Rugzakken tegen de muur, pelgrims op het terras. Met cafés con leche, sinaasappelsap, wit stokbrood, tortilla de patatas en croissants. Het dieet van de Camino Francés.

Het was de eerste etappe na Burgos, dus er was een wisseling van de wacht. Linn uit New York liep haar eerste dag, net als Susanna uit Keulen en het jonge echtpaar uit Rouen. In de herberg El Alfar in Hornillos del Camino ontmoetten ze elkaar voor de eerste keer. Evenals een pelgrim die al twee maanden onderweg was en vandaag precies halverwege haar Grote Reis. Lonneke, uit Amsterdam.

De eigenaars waren hartelijke en gastvrije mensen. De herberg voelde als een huis voor de pelgrims. Lonneke, die vegetariër was, mocht er koken in de keuken. Spanjaarden snapten helemaal niets van ‘graseters’, maar Lonneke was dat wel gewend. Ze lachte met ze mee als ze er grapjes over maakten. Terwijl de mevrouw de paella voor de andere gasten gereedmaakte, kookte Lonneke haar prutje van tomaten, uien, knoflook, paprika en kikkererwten. Ze at het twee keer: bij de lunch en bij het avondeten. Toen ze aanschoof bij vier Spaanse echtparen die samen wandelden, zag ze jaloerse blikken richting haar bord. ‘Hmm, kikkererwten!’ zei de man links van haar.

De rest van de dag voltrok zich niet anders dan andere dagen op de Camino Francés. De meeste pelgrims gingen na de lunch rusten in hun stapelbed. Voor de pelgrims die wakker bleven, gaf dit een goede indicatie waar zich komende nacht de snurkers bevonden. Tegen het einde van de middag kwam iedereen weer tevoorschijn. Lonneke nestelde zich samen met Susanna en het Franse stel in de schaduw in de tuin. Niet zonder een fles Rioja Crianza en wat schapenkaas.

Na het avondeten (een lekker prutje voor de graseter, paella voor de andere pelgrims die ‘s middags nog geen paella hadden gehad) maakte Lonneke nog een rondje door het dorp. Ze bekeek de kerk van binnen, zag er de Iers-Canadese Valerie terug, en verwonderde zich maar weer eens over de omvang van het gebouw in relatie tot de omvang van het dorp.

Toen was het bedtijd en ging iedereen bovenop zijn slaapzak liggen. Benieuwd naar wat er morgen weer te beleven viel op de weg naar Santiago.

under: Reisverhalen

Burgos (0)

Posted by: | 4 July 2015 | No Comment |

2015-07-03 12.21.39

Gewoon een heerlijke lummelzaterdag in een hete Spaanse stad. En ik ben nog bijster sociaal geweest ook. Ik kan het best.

Eerst natuurlijk uitgeslapen, helemaal alleen, in een groot bed. Tot kwart over zeven maarliefst. Daarna ontmoet ik Emma, het meisje van de zonnesteek. Twee dokters hebben haar  – onafhankelijk van elkaar – geadviseerd om te stoppen. We drinken verse jus terwijl zij op haar bus naar Madrid wacht. Morgen vliegt ze naar Londen. Ze heeft het de afgelopen dagen niet makkelijk gehad en ik vind haar stoer.

Ik doe een rondje door de stad nu het nog redelijk koel is. Ik vermoed dat ik, als ik hier vijf dagen had moeten blijven, deze stad net zo fijn zou vinden als Pamplona. Bij de kathedraal kom ik Antonio en Tristan tegen. De Spaanse vader en zoon uit de VS die met mij in de herberg van St Jean Pied de Port zaten. We gaan voor tapas. Antonio spreekt vloeiend Engels, maar met Tristan en mij alleen Spaans. En dat is natuurlijk goed voor me, anders leer ik het nooit. Stiekem wisselen Tristan en ik af en toe wat zinnen Engels. Vooral de tweede bar slaat aan. Qua sfeer en omdat ze er een IPA uit Burgos hebben. We sluiten af met ijs en gaan daarna naar de kathedraal. Die is indrukwekkend en omdat je een audioguide mee krijgt blijf ik er wel een uur. In de kathedraal ben ik Antonio en Tristan kwijtgeraakt, maar dat is oké. Eindelijk tijd om te bloggen en met allerbeste vriend Rob te skypen.

Qua avondeten wil ik even snel ergens een salade scoren. Ik bekijk een menukaart en een meisje naast me doet hetzelfde. Ze gaat naar binnen en ik ook. Ze bestelt iets te eten en ik ook. En dan doe ik iets wat heel normaal is, maar voor mij niet. Ik stel voor om samen te eten. Ze heet Nadia, is 23 en woont in Kopenhagen. Het is gezellig aan tafel en daarna wensen we elkaar buen camino.

Het was een fijne dag in een hete Spaanse stad. En nu heb ik weer zin om verder te trekken. Nog een kleine 500 naar Santiago.

2015-07-04 13.10.11

 

under: Reisverhalen

Agés – Burgos (15)

Posted by: | 3 July 2015 | No Comment |

Twee dorpen verderop kom ik Thérèse tegen. We raken druk in gesprek en besluiten een stukje samen op te lopen. Thérèse vertelt dat de laatste acht kilometer naar Burgos over een industrieterrein gaan en dat zij van plan is om een bus te pakken. Verleidelijk. Te verleidelijk. In de bus zien we wat we gemist hebben. Het blijkt inderdaad een ontstellend lelijk stuk.

En zo ben ik al om elf uur in Burgos. Op een paar uur na blijven Thérèse en ik de hele dag samen. Het klikte en ik had er zomaar even behoefte aan. Aan een dagje Nederlands praten, maar ook aan iemand met dezelfde cultuur. We kijken winkels, we kijken naar dansende jongetjes in hete pakjes op Plaza Mayor, we proberen verschillende wijnen in een fijne Spaanse bar, we eten tapas op een terras, maar met name praten we veel. Over wat we hebben meegemaakt de afgelopen maanden, over de Spaanse familie van Thérèse en cultuurverschillen, over onze levens thuis en over wat de Camino ons tot nu toe heeft gebracht. Daarna nemen we afscheid. Thérèse loopt morgen door en ik blijf in Burgos.

Dansende jongetjes in hete pakjes

Dansende jongetjes in hete pakjes

Toeschouwers op Plaza Mayor

Toeschouwers op Plaza Mayor

Een poppenspeelster en haar toeschouwers

Een poppenspeelster en haar toeschouwers

Met Thérèse aan de wijn

Met Thérèse aan de wijn

under: Reisverhalen

Belorado – Agés (28)

Posted by: | 2 July 2015 | No Comment |

 

Starten bij volle maan

Starten bij volle maan

Wat een fijne wandeldag! Het is zes graden koeler en dat is te merken. Én er staat een briesje én we mogen eindelijk weer eens door het bos! Er zitten ook wat klimmetjes bij, maar dat betekent altijd een mooiere route. Pas als ik weer over bospaden loop, merk ik hoe ik dit gemist heb. Dit is niet meer van A naar B lopen, dit is lekker wandelen! En met zes graden minder en behoorlijk wat schaduw schiet ik vooruit.

Hei!

Hei!

2015-07-02 09.13.12

Ik worstel wel weer wat met het sociale aspect van de Camino. Ik wijk qua behoefte aan gezelligheid af van andere pelgrims en dat blijkt voor sommigen moeilijk te begrijpen. Ik loop heerlijk wat te mijmeren en zie verderop Jaime stil staan op het pad. Als ik bij hem ben zegt ie: ‘I was waiting for you!’ Braaf begin ik al lopend een gesprekje. Ik vertel hem dat ik het fijn vind om alleen te lopen. ‘Yes, yes, alone! I like too!’ Dat is meestal wat ze zeggen. In de praktijk zie ik ze nooit alleen lopen.

Jaime behoort (net als Vicente) tot een Spaanse Caminofamilie. Vergelijkbaar met mijn Franse familie. Ze kennen elkaar van de Camino en zijn een hechte groep geworden. Ik bezie het met verwondering en bewondering. Ze lopen samen, delen hun eten, stoppen in dezelfde plaatsen, zorgen voor elkaar. Maar er is ook sociale controle. De Nederlandse Thérèse (ik ontmoette haar eerder, ze startte op 1 april vanuit Zeewolde) was opgenomen door deze Spaanse familie. Tot het haar wat begon te benauwen. Ze bleef een dag langer in Logroño en ging weer haar eigen weg. Daar snapten de Spanjaarden niets van. Het werd haar ook kwalijk genomen. Dagenlang werd ik door Vicente en Jaime op de hoogte gehouden van de whereabouts van Thérèse (of ze vroegen me of ik haar had gezien).

Maar ook pelgrims van andere nationaliteiten hebben over het algemeen groepjes gevormd, zij het iets minder vastomlijnd. En ik hop van de een naar de ander, klets met iedereen en soms met helemaal niemand. Dat zorgt ervoor dat het meestal oppervlakkig blijft, maar ik vind mijn vrijheid belangrijker.

Dit monument onderweg maakte gro

Dit monument onderweg maakte indruk op me. In 1936, aan het begin van de Spaanse burgeroorlog, zijn hier 30 mensen doodgeschoten door soldaten van Franco. Pas in 2011 is het massagraf officieel ontdekt. Nog steeds hebben de doden geen namen.

Agés, de finish van vandaag

Agés, de finish van vandaag

under: Reisverhalen

2015-07-01 07.55.44-1

De hitte begint zijn tol te eisen. Los van dat iedereen er steen en been over klaagt. Het maakt het deel van de dag dat je productief kunt zijn erg kort. Het is een kwestie vroeg opstaan (vanochtend was het vijf uur voor mij, en ik was bij lange na niet de eerste) en dan zo ver mogelijk zien te komen voordat de zon genadeloos toeslaat. Omdat het tot diep in de avond warm blijft, valt slapen ook niet mee. Met mij gaat het nog best. Het enige dat ik aan de hitte heb overgehouden zijn ‘heat rashes’ op mijn kuiten, in goed Nederlands: gierstuitslag. Ik loop nu in lange broek, verder merk ik er weinig van. Sommigen zijn heel wat slechter af.

Ah... we zijn La Rioja uit... En de wijn was hier zo lekker...

Ah… we zijn La Rioja uit… En de wijn was hier zo lekker…

Het is vandaag een ‘let’s get it done’ etappe. Bij het eerste dorp besluit ik door te lopen. Er komt om de 3 á 5 km een nieuw dorp. Maar in al die dorpen is of geen bar, of hij is dicht. En dus loop ik maar door zonder pauze. De laatste vijf kilometer naar Belorado gaan langs een drukke weg en zijn oersaai. Ik haal Emma in (een Engels meisje dat in Australië woont) en blijf naast haar lopen. We kletsen de laatste kilometers naar Belorado weg.

De laatste kilometers naar Belorado

De laatste kilometers naar Belorado

Vlak voor Belorado zit een herberg die gisteravond sterk werd aangeraden door Claire (dit is haar vijfde Camino). Hij heeft een zwembad(je). Ik ga er met Emma naar binnen. Zij om in te checken, ik om in ieder geval iets te eten en te drinken. Eigenlijk wil ik nog een stukje verder, om de etappe van overmorgen naar Burgos wat in te korten zodat ik meer tijd heb om de stad te zien. Maar het is erg verleidelijk om te blijven. Zo’n beetje mijn hele Caminofamilie verblijft hier en het voelt wat vakantieachtig, ook vanwege het flinke terras en de groene omgeving.

Voordat ik kan beslissen krijgt Emma een zonnesteek. Ze wordt bleek, de randen om haar ogen worden zwart en ze kan nauwelijks nog in hele zinnen praten. Met cola, cake en een of ander mineralendrankje komt ze langzaam weer terug. Ik blijf bij haar zitten totdat ik zeker weet dat het weer gaat.

Ik besluit ook om maar lekker te blijven. Het volgende besluit is dat ik voor mezelf een lekker hotel in Burgos boek voor twee nachten. Nog twee dagen lopen en ik heb een eigen kamer met een groot bed, een badkamer helemaal voor mezelf en… airconditioning! Daar geef ik normaal niks om, maar inmiddels lijkt het me heerlijk!

Ik eet ‘s avonds met John uit Schotland (tot de Camino woonachtig in Dubai, na de Camino verblijfplaats onbekend) en Jackie. Jackie is hier eigenlijk met Lourdes, maar die ligt beroerd op bed. Last van de warmte. Ze hebben hier een vegetarisch menu! Tempura met groenten vooraf en linzenprut als hoofdgerecht.

Als ik na het eten zit uit te buiken terwijl Emma tegenover me haar voeten behandelt (‘Look! I managed to get this yellow stuff underneath my blister!), komt Vicente op me af gesneld. ‘Er is iemand ziek en er is iemand nodig die Engels spreekt!’ In één van de slaapzalen ligt Chris, duidelijk in zeer beroerde staat. Hij is duizelig en misselijk. Vicente en ik lopen een tijdje heen en weer met water, doekjes en een kotsemmer. Er komt een andere Spaanse pelgrim bij die arts is en opnieuw ben ik de tolk. Hij vermoedt uitdroging en Chris wordt door de eigenaar van de herberg naar de eerste hulp gebracht.

De volgende dag hoor ik dat Chris nog steeds erg beroerd is en op een bed in de herberg ligt. Emma heeft ook een slechte nacht gehad en is op de bus naar Burgos gestapt.

Het zwembad, op de voorgrond Jackie met één van de Hairy Brazilians

Het zwembad, op de voorgrond Jackie met één van de Hairy Brazilians

under: Reisverhalen

Older Posts »

Categories